Help jij je kind bij het ontwikkelen van sociale vaardigheden? Op de basisschool hebben kinderen nog veel verschillende vriendjes. Lang niet alle kinderen hebben dan al vaste vriendjes of een beste vriend. Sommige kinderen leggen makkelijk contact, terwijl andere kinderen het lastig vinden om vriendjes te maken. Hoe kan jij je kind helpen om vrienden te maken? Hoe kun je je kind leren om goed om te gaan met leeftijdsgenoten?
Hier volgen 8 tips!
Alle kinderen hebben conflicten met leeftijdsgenoten. Als dit zo is, luister dan naar je kind. Als jij je kind vertelt wat hij moet doen, dan zal je kind zich daardoor alleen maar onzekerder voelen. Help je kind om z’n gevoelens duidelijk te krijgen en stel vragen zodat hij zelf kan bedenken hoe hij het probleem kan oplossen.
Luister naar de mening van je kind, probeer je in te leven in je kind en toon begrip voor de gevoelens van je zoon of dochter. Probeer tegelijkertijd het andere kind niet zwart te maken. Als je verwacht dat jouw kind liegt over z’n eigen aandeel, help je kind dan om zich in te leven in de ander. Geef dan niet je eigen kind de schuld, maar blijf neutraal.
Zeg bijvoorbeeld:
“Ik vraag me af wat er aan de hand was met Bente. Waardoor zou ze zo’n gemene dingen gezegd hebben? Zou ze zich buitengesloten en verdrietig hebben gevoeld toen ze niet mee mocht doen?”
Dit is een hele uitdaging, zelfs nog voor volwassenen. Kinderen hebben onze hulp hierbij nodig. Probeer je kind te laten zeggen waar hij behoefte aan heeft en wat hij fijn vindt in plaats van waar hij last van heeft. Als je dochtertje bijvoorbeeld boos is omdat haar vriendinnetje de baas over haar speelt en zegt: “Jij speelt altijd de baas! ”Zeg dan bijvoorbeeld: “Je klinkt heel boos. Kun je ook tegen Tess vertellen wat je graag zou willen dat ze doet, in plaats van te zeggen wat je van haar vindt?”
Voor jezelf op kunnen komen is een belangrijke vaardigheid die alle kinderen nodig hebben. Sommige kinderen doen dit vanzelf en anderen hebben hulp nodig om dit te leren. Je kunt je kind helpen door dit samen te oefenen in een rollenspel. Leer je kind wat hij kan zeggen en doen om de ander duidelijk te maken dat hij iets niet leuk vindt. Heeft je kind hier echt veel moeite mee dan kan een weerbaarheidstraining helpen.
Kinderen in de basisschoolleeftijd zijn vaak bazig. Ze willen graag hun eigen zin doordrijven, maar toch ook met andere kinderen spelen. Het kunnen overleggen met elkaar en onderhandelen is op deze leeftijd dus al een handige vaardigheid. Stel je kind bijvoorbeeld de volgende vraag:
“Wat is belangrijker voor jou? Om het spel op jouw manier te spelen of om samen met Emma te spelen?”
Als een ander kind erg bazig is heeft jouw kind misschien hulp nodig hoe hij kan onderhandelen. Help je kind door bijvoorbeeld te zeggen:
“Ik wil heel graag met je spelen Liv, maar we zijn al de hele tijd buiten aan het spelen en ik wil nu graag binnen spelen. Kunnen we iets doen wat we allebei leuk vinden?”
Als kinderen zich weer rustig voelen en er ruimte is geweest voor hun gevoelens dan weten de meeste kinderen zelf wat ze kunnen doen om het probleem op te lossen. Kinderen kunnen dan zoiets zeggen als: “Ik ben niet meer boos op Sam en ik wil weer met hem spelen, mag ik vragen of hij weer buiten komt spelen?”
Als je kind niet zelf tot een oplossing komt, zoek dan samen iets. Soms duurt het even voordat een kind tot een oplossing kan komen, waarbij het z’n vriendje kan behouden en ook z’n eigenwaarde. In plaats van een oplossing aan te dragen stel de vraag:
“Hoe kunnen jullie dit oplossen?”
“Wat is er nodig om weer samen verder te kunnen spelen?”
“Hoe kun je het weer goed maken met Fenna?”
Als je kind dit niet weet, noem dan een paar opties op en laat je kind kiezen.
Als er iets is voorgevallen is het ook goed om je kind te leren het weer goed te maken. Hierdoor leer je je kind verantwoordelijkheid te nemen voor z’n gedrag. Het werkt dan vaak niet goed om je kind alleen sorry te laten zeggen. Zeker niet als je kind hier nog niet aan toe is of te jong voor is.
Kinderen hebben oefening nodig om sociale vaardigheden te ontwikkelen. Ze moeten oefenen en zelf ervaren wat werkt en wat niet werkt. Daarom kan het zinvol zijn om naast school te zorgen dat je kind ook met andere kinderen kan spelen. Help je kind met het maken van speelafspraakjes of kies een clubje of sport uit voor je kind. Soms gaat het maken van vriendjes in een andere omgeving (dan school) makkelijker.
Sommige kinderen blijven het erg moeilijk vinden om met andere kinderen overweg te kunnen. Ze zien bijvoorbeeld niet vanzelf hoe een ander zich voelt of begrijpen niet meteen wat er van ze verwacht wordt in een sociale situatie. Observeer je kind als het samen speelt met anderen kinderen. Bekijk wanneer het mis gaat en ook vooral wanneer het juist goed gaat. Wat doet je kind dan? Probeer hier achteraf met je kind op een rustig moment over te praten. Speel een situatie na of lees een boekje over samenspelen met andere kinderen. Wat ook goed kan helpen is om het te bespreken met de leerkracht. Herkennen ze het ook op school? Wat werkt daar? Bedenk samen hoe jullie jouw kind kunnen helpen. Sociale vaardigheden zijn voor een heel groot deel aan te leren, dus door je kind hierbij te begeleiden en hierin te investeren zal het steeds makkelijker worden voor je kind. Soms kan een sociale vaardigheidstraining je kind helpen.
Heb je na het lezen van onze site nog vragen, opmerkingen, ideeën en/of tips? Wij horen graag van je. Voor contact kan je bellen met ons of het contactformulier invullen. Wij zullen dan zo spoedig mogelijk contact met je opnemen.